Ik ben niet zo goed gelovig. Daarmee bedoel ik dat ik niet zo snel dingen geloof. Als kind al niet. Kinderen hebben een fase van het magisch denken, maar ik heb die volgens mij niet gehad. Als ik gevallen was en de juf kwam aan met een toverzalfje tegen de pijn dan deed ik maar net of de pijn echt weg was, want anders was het wel heel zielig voor de juf die nog steeds dacht dat haar toverzalf echt hielp. Zo heb ik nooit gelooft in Sinterklaas en ik zag ook duidelijk dat de Sint ook echt een verklede man was. Het feest bleef natuurlijk wel heel leuk!
Wel heb ik altijd in God gelooft. Gek eigenlijk terwijl je die helemaal niet kunt zien. Als kind voelde ik dat dat waar moest zijn, daar was geen twijfel over. En toen in groep 4 iemand mij voor het eerst een groot geheim vertelde : dat zij helemaal niet geloofde dat God bestond, was ik dagen van mijn stuk. Dat iemand dat niet kon geloven daar had ik nog nooit van gehoord! Inmiddels ben ik iets wijzer en snap ik dat er dingen in je leven gebeuren waardoor je het allemaal niet kunt geloven. Of dat je opgevoed bent met het idee dat God allemaal onzin is. Toch houd ik nog steeds aan mijn geloof vast. Ik heb God al zo vaak gevoeld en Hij heeft mij zo vaak geholpen. Nu is het Pasen. Iedereen kent wel het verhaal van Jezus aan het kruis. Maar kent iedereen het werkelijke verhaal? Waarom Hij het deed? moest doen? Ik denk het niet. Dat moet je ook geloven en voelen. Dat gaat bij mij ten diepste door mij heen. Dat voelt geliefd en goed. Dus ben ik misschien toch wel goed gelovig, maar dan op een heel andere manier!
zondag 24 april 2011
donderdag 7 april 2011
Al lopend probeer ik het nieuws wat ik net gehoord heb te verwerken. Naast me staat een lange vrouw. Lang ,geen rondingen,je zou bijna denken dat het een man was. En als ze een liedje mee begint te zingen weet ik bijna zeker dat ze dat vroeger was. Voor me zit een man hij kijkt somber, eigenlijk kijkt iedereen een beetje somber, alsof ze hetzelfde nieuws gehad hebben als ik net. Het enige vrolijke gezicht is net vertrokken. Terwijl ik doorloop mijmer ik over van alles. Had ik maar pen en papier, dan kon ik mijn gedachten opschrijven. Nu moet ik alles onthouden. Ik heb buikpijn. Ik gok dat ik meer moet drinken en obstipatie heb, misschien dat ik daarom zo zwaar woog net. Dan is die buikpijn toch nog goed nieuws. En zo dwalen mijn gedachten nog verder af. Naar vroeger, toen ik hier met mijn zus stond. Toen we iedereen bijnamen gaven. Er komen 2 mannen binnen die zo de bijnaam Jut en Jul zouden kunnen krijgen. Ze zijn een jaar of 50 en grinniken als meisjes naar elkaar. Echt sporten doen ze ook niet. Ze zetten de apparaten nog lichter dan ik en ik ben 2 maanden geleden bevallen. Maar ach ze hebben plezier en zien eruit alsof ze dit verzetje konden gebruiken.
Er gaan echt veel gedachten door me heen. Wat zouden al die andere mensen hier denken? Als je sport maak je je hoofd leeg, maar komen er ook nieuwe gedachten in je op. Je moet wel. Wat moet je anders (behalve sporten). Ik kijk af en toe met een schuin oog naar de tv. Animal planet. Ik snap de tv’s in de sportschool niet helemaal. Het geluid staat uit en je kunt geen programma afkijken. Toch helpt het ook weer tegen de gedachten en de tijd lijkt ook wat sneller te gaan. Dus misschien daarom.
Ik stap de loopband af en stop er weer mee voor vandaag. Ik heb buikpijn (obstipatie?) en mijn heup begint ook zeer te doen. Volgende keer beter mijn best doen, want over 4 weken moet ik weer wegen en vet meten. En dan hoop ik toch echt wat minder te schrikken!
Abonneren op:
Posts (Atom)